Op deze zeer kleine binnenstedelijke bouwkavel van maar 36 m2 is een bijzondere woning gerealiseerd. Bijzonder omdat het naast een zeer klein kavel om een hoekhuis gaat dat tevens het mankement had dat de regelgeving eiste dat drie zijden van het huis een gesloten gevel moest zijn.
Toch is woonhuis De Moor een woning met veel binnenruimte en veel binnenkomend daglicht én met een buitenruimte. Hoe kan dit allemaal vraag je je dan af? Door onder meer de contouren van het huis op de grenzen van het bestemmingsplan te plaatsen en in tegenstelling tot de drie gesloten wanden de voorgevel helemaal van glas te maken. En door in het huis de traditionele vloeren weg te laten.
In deze woning zijn de wanden van het huis dragend en bestaat het binnenhuis uit verschillende houten dozen, elk met haar eigen functie, die hangen in de ruimte. Deze ‘dozen’opbouw wordt benadrukt doordat enkele volumes door de gevels heen steken. Zo steekt de slaapkamer door de glazen voorgevel heen. Hier is de raampartij juist omgedraaid, het grote vlak is gesloten maar de uitstekende rand juist van glas waardoor de slaapkamer genoeg en subtiele aanlichting krijgt. Door alle volumes met elkaar te verbinden ontstaan de verbindingszones en kan de woning ondanks de kleine oppervlakte als een zeer ruimtelijk huis worden ervaren. Subtiele glasstroken in gevel en dak zorgen voor mooie doorzichten en extra daglichttoetreding. In de blinde gevels
zijn enkele geveldelen naar binnen gevouwen waardoor er wél ramen gemaakt
konden worden. Zo liggen de ramen aan de binnengevel en wordt de regelgeving
gehandhaafd. Maar door het gedeeltelijk naar binnenvouwen van de gevel ontstaat
er ook een buitenruimte die tevens extra daglicht toelaat en vanaf de begane
grond weer een zicht op buiten geeft.